Let op! Om het gebruiksgemak van de website te verbeteren maakt deze website gebruik van cookies.

Nieuws archief

Kinderen slaan vaker een klas over

Gepubliceerd op: 22-04-2014 om 16:10

Op de basisscholen is de doorstroom van kinderen de afgelopen jaren versneld, door de individuele aanpak en de opmars van het ‘excellentie-denken’.

In vier jaar steeg het aantal snelle doorstromers op de basisschool met ongeveer 60 procent. In 2008 sloeg 4 procent van de basisschoolkinderen een klas over. In 2012 was dat percentage gestegen naar 6,4 – dat zijn ongeveer twaalfduizend leerlingen.

Dit blijkt uit cijfers van de Onderwijsinspectie. De inspectie zegt zelf geen onderzoek gedaan te hebben naar de oorzaak van deze stijging. Wel denkt de inspectie dat het aantal kinderen dat ruim voor hun twaalfde jaar aan de middelbare school begint, de komende jaren verder toeneemt.

Lees het artikel verder op Trouw.nl

Eerste resultaten pilot tegen zittenblijven positief

Gepubliceerd op: 09-07-2013 om 14:18

86% van deelnemers zomerschool regio zuid alsnog over

86% van de leerlingen in de regio zuid die deelnamen aan de pilot Zomerscholen gaat alsnog over naar het volgende leerjaar. In de pilot krijgen zittenblijvers de kans om door deelname aan een intensief leerprogramma van twee weken te voorkomen dat ze een heel jaar over moeten doen. Deze en komende weken gaan ook leerlingen in de rest van het land aan de slag met het zomerprogramma. In totaal nemen ongeveer 450 leerlingen op 14 scholen deel.

Initiatiefnemers CNV Onderwijs en VO-raad zijn tevreden met de eerste resultaten. Sjoerd Slagter, voorzitter van de VO-raad: “We zijn heel blij met deze vliegende start. Het is natuurlijk nog afwachten hoe het in de andere regio’s uitpakt, pas dan kunnen we echt meer zeggen over het effect van de zomerscholen. Maar dat 86% van deze leerlingen alsnog overgaat, overstijgt onze verwachtingen. Een compliment voor de leerlingen die met zoveel motivatie twee weken lang keihard hebben gewerkt, en voor de scholen die dat mogelijk hebben gemaakt.” CNV Onderwijs en de VO-raad zetten de pilot gezamenlijk op om te onderzoeken hoe de zomerprogramma’s kunnen helpen het aantal zittenblijvers te verlagen. Leerlingen presteren vaak ondermaats op slechts één of enkele vakken. Het is voor veel van hen dan ontzettend demotiverend als ze toch een heel jaar over moeten doen. Joany Krijt, vicevoorzitter van CNV Onderwijs: “We zien dat leerlingen wél gemotiveerd zijn en ontzettend hard werken als het gaat om een inhaalslag uitsluitend op de vakken waar ze een achterstand hebben opgelopen. Als je de eerste vruchten ziet van de investering van alle betrokken partijen, biedt dat perspectief voor heel veel andere zittenblijvers.”

Hoe werkt de zomerschool?
Op een zomerschool krijgen leerlingen in de zomervakantie 2 weken intensieve en persoonlijke begeleiding gericht op één of enkele vakken. Zo kunnen zij voorkomen dat zij een heel jaar moeten overdoen. Tussen 9.30 en 15.30 uur gaan leerlingen naar school, waar zij in kleine groepen een intensief programma volgen. Leerlingen kunnen zo in 2 weken voorkomen dat zij blijven zitten. De school bepaalt of een leerling deelneemt aan het zomerprogramma, stelt de overgangstoets samen en beslist uiteindelijk ook of de leerling doorgaat naar het volgende leerjaar.

Over de pilot
14 scholen verspreid over Nederland doen deze zomer in de pilot Zomerscholen ervaring op met een zomerprogramma voor in totaal ongeveer 450 leerlingen. De pilot is een initiatief van de VO-raad en CNV Onderwijs en wordt gefinancierd door het ministerie van OCW. Deelname brengt voor de school geen extra kosten met zich mee. Door het inschakelen van externe leraren en begeleiders is er ook geen sprake van extra belasting voor het team. De organisaties willen met de pilot onderzoeken of de zomerprogramma’s daadwerkelijk helpen het aantal zittenblijvers te verlagen. De ervaringen met en effecten van de zomerscholen worden nauwgezet gemonitord. De pilot loopt door tot en met de volgende zomervakantie. Daarna wordt bekeken of en hoe de zomerscholen een vervolg krijgen.